07 november, 2008

Floris jan Bovelander in zijn column in gratis dagblad De Pers:

‘Daar waar het voetbal blijft hangen in de regels uit de jaren van zwart-wit televisie probeert het hockey zich bijna wanhopig te ontwikkelen tot een aantrekkelijke kijksport. Ik ben van huis uit nogal conservatief, ik heb grote moeite met veranderingen en neem graag genoegen met dingen zoals ze zijn.

Zo was ik jarenlang fervent tegenstander van kunstgras. Hockeyen deed je op gras. Romantiek, de geur van het gemaaide gras, zwarte knieën en krijt aan de broek, zo diende hockey gespeeld te worden. Iedereen kan op kunstgras een bal stoppen, geen polletjes, geen hobbels, alles vlak. Fysieke broodhockeyers werden helden, het was de ondergang van de technici.

Play-offs ook zoiets, ik was fel tegen. Als je aan het einde van de rit bovenaan staat ben je kampioen, alle punten tellen. Wat dat betreft was ik niet anders dan de voetballers, de voetbalbobo's die het liefst in het verleden spelen en regels handhaven simpelweg omdat het nu eenmaal zo is. Bang om het oude vertrouwde los te laten.

Maar ik ben om, je moet blijven schaven aan je sport voor publiek,voor sponsors en voor jezelf. De veranderingen scheiden het kaf van het koren. Technische spelers, aanvallers en dribbelaars worden beloond, de afbrekers gestraft. Ik ben trots op mijn sport omdat ze niet alleen de sport maar ook mijzelf heeft weten te veranderen.'

Geen opmerkingen: